woensdag 11 mei 2016

De bandenplakker van Amsterdam



















Sommige dagen kunnen vanwege hun zonnigheid juist een beetje somber worden. Omdat iedereen zo vrolijk en vrij op terrasjes rondhangt, en jij daar dan een boek over een cavia leest, naar het gras staart, en je een beetje ziek voelt. En je dan ook nog een lekke band hebt als je weer naar Amstel wilt fietsen.

Ik sleepte mijn fiets naar de metro. Ik had net iets te oncomfortabele schoenen voor lange afstanden en mijn jurk was  te warm voor de temperatuur. Ik wilde onder een bruggetje doorlopen, toen mijn blik die van een wat oudere man met dreads kruiste, die op een stoepje zat. "Wat is er mis met je fiets, meisje?"

Ik stamelde zo van: lekke band, niet superveel tijd, weet u waar een fietsenmaker is? Hij pakte mijn fiets uit mijn handen en zei: "Ik zal de fiets maken voor het leuke meisje." Het zijn de dagen waarop je ingedeukte vertrouwen in de mensheid een beetje uitdeukt.

We liepen de Nieuwe Herengracht op naar het 'Wereldhuis', dat blijkbaar van de protestante diaconie in Amsterdam was. Allemaal mannen uit allemaal landen stonden aan fietsen te sleutelen. Mijne werd omgekeerd en binnen mum van tijd werd de band geplakt.

De plakker bleek een kunstenaar wiens atelier was afgebrand. Er kwam nog een andere man doen alsof hij meehielp, maar die kneep alleen zo nu en dan in de band en zei als een soort refreintje: "You look so nice, you look so nice" en "How can we stay in touch?" Klein deukje terug.

Toen mijn fiets geplakt was, noemde ik de kunstenaar een engel. Ik kreeg ik het kinderboek dat hij pas geschreven had mee. Titel: 'Dingen waar we normaal niet over praten.' In de trein sloeg ik de A4'tjes om: het betrof een beschrijving van een les over verschillende soorten scheten: de oeps-wind, de onder-water-wind, de mee-loop-wind en natuurlijk de-lekke-band-wind.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten