dinsdag 23 september 2014

De stad die aarzelt




 












Ik wandel door een verdeelde stad
onzichtbare muren
straten als loopgraven
niemandsland

De god, de god waarvan ze hier spreken heeft vele gezichten
verzoening haat liefde wraak
en ik denk aan een verloren liefde
en de onmogelijkheid om één te zijn


Belfast, Stef Bos


In een katholieke buurt in Belfast klemt een heilige moeder van steen Jezus in haar armen. Voorbijgangers knikken dankbaar naar het beeld dat een kerkplein siert. Een voorbijganger trekt een lelijk gezicht. Het is nacht, de straten zijn zwart.

In de kroeg naast de kerk ragt een ruige veertiger op zijn gitaar. Hoofden bewegen mee, Guinness verdwijnt kelen in en schuim wordt uit baarden geveegd. Een enkeling waagt zich aan een dansje. Het is een pub zoals er duizend zijn in de stad die aarzelt.

Wie god is, weet niemand precies.
Wat iedereen weet is dat jouw god niet de god van je buurman is.

Buiten de bruine deuren van de pub staat een man. Hij wankelt. "Did we offend ya?" schreeuwt hij tegen ons, twee toeristen in een stad waarvan we het verleden maar half kennen. We leggen hem uit dat we het naar ons zin hadden binnen. Gezellig, leuke band. We hadden een jongen ontmoet die trots verteld had dat zijn vader vrijwilliger bij de IRA was.

We wachten tot hij zijn sigaret heeft opgestoken.

"We were planning to visit the Crown, the most famous pub of Belfast. We're leaving soon so we should have seen that one, don't you think?"

"The Crown is Scheisse!", zegt de man.

"You shoudn't go there!" Hij gebaart agressief.

We vragen hem waar we dan heen moeten gaan. Hij haalt zijn schouders op.

"Anywhere in this district is fine!"

We fronsen. Later valt het kwartje. The Crown' is overduidelijk een pro-Engelse, dus protestantse kroeg. In een protestants district, waar Engelse vlaggen wapperen en de 'Great Victoria Street', de 'Victoria Street' en 'Queens square' naast elkaar liggen. (Erg origineel in namen verzinnen zijn ze in Belfast niet).

De man had ons in zijn dronkenschap binnen katholieke muren willen houden, in de stenen armen van Maria.

Even wat context. De katholieken en protestanten in Noord-Ierland zijn al lange tijd zacht gezegd geen vrienden. Sinds de de 1997 is er een wapenstilstand. Niemand durft het vrede te noemen. De IRA, de terroristische organisatie aan katholieke kant, heeft zichzelf opgeheven in 2005.

Maar er staan nog steeds 'vredesmuren' tussen de katholieke en protestantse districten in Belfast. Af en toe suist er een steen overheen. In de muren zitten poorten die 's nachts worden gesloten.

Dat is nodig, zegt taxichauffeur Billy die ons de volgende dag door de stad rijdt. Hij vertelt ons over de geschiedenis. Hij maakte alles mee vanuit zijn auto. Zijn voorletter staat op elke muur geklad. Hij is een Ier met hoop.

Elkaar de tent uitvechten, dat moeten we niet meer doen hier in Belfast, zegt hij. Maar toch. De katholieken hebben minder kwaad gedaan dan de protestanten, daar blijft Billy bij. Maar dat betekent niet dat de haat moet blijven, voegt hij er snel aan toe.

De katholieken zijn inmiddels in de meerderheid. Ze hebben flink gebabyboomd. (Volgens onze Billy omdat ze geen tv's hadden en daarom meer tijd voor seks.) Anno 2014 zijn er meer katholieken dan protestanten in Belfast - 49 procent is katholiek, 42 procent protestant. Belfast, de verdeelde stad.

In de jaren zestig begon het. De spanning liep op. De katholieken waren in de minderheid. Ze hadden de kleinste huizen en de slechtste banen. De protestanten, oorspronkelijk geëmigreerd uit Schotland en pro-Engels, waren hoger opgeleid en hadden geld.


















 

In '69 drongen de protestanten en katholieken elkaars wijken binnen en verbrandden elkaars huizen. Mensen vluchtten. Maria's gingen in vlammen op, de Jezussen in hun armen ook. Toen was het oorlog.

Er werd gestreden om wie god was, wie de beste banen mocht, en bij welk land Noord-Ierland horen moest. Niets hielp. Tot de Engelse overheid ingreep. Stil werd het, in 1997. Nog stiller in 2005.

Billy de chauffeur kent de verhalen. Hij weet dat het stil lijkt, maar niet altijd stil is. Hij zegt dat Belfast een aarzelende stad blijft, want bijna niemand is bereid de ander gelijk te geven. Nog steeds niet. Elk jaar is het wel een keer bonje.

Billy laat ons zien dat de monumenten aan weerszijden van de muur altijd het tegenovergestelde herdenken. De klaproos wordt aan ene zijde vertrapt, en aan andere zijde gevlochten tot erekrans. Ik heb overwogen bij de IRA te gaan, zegt hij. "Maar ik vond het risico gepakt te worden en in de gevangenis te belanden te groot. Zonder lidmaatschap kon ik ook stenen gooien."

Hij is een echte grappenmaker. Vooral over de protestanten heeft hij een heel archief in zijn kale hoofd. Bijvoorbeeld over de Titanic, die in Belfast gebouwd werd. "Toen de protestanten de Titanic aan het bouwen waren, bouwden de katholieken een ijsberg om hem te laten zinken", zegt hij. Zijn grote buik schudt.

Hij mag ons graag, vanwege onze grote interesse. Een tour door de stad duurt normaal anderhalf uur. Bij ons drie uur, inclusief een extra museumbezoek aan een pro-katholiek museum. Hij drukt ons een CD in de handen, aan het eind van de rit. Er staat Ierse nationalistische muziek op. Niet in het hostel draaien, zegt hij nadrukkelijk. Rond ons hostel wapperen Engelse vlaggen.

Belfast is een stad die aarzelt, denken we als we als we die vlaggen zien vanuit onze kleine hostelkamer. Dat heeft Billy mooi gezegd. Hij aarzelt zelf ook. Vroeger gooide hij met stenen. Nu probeert hij geïnteresseerde toeristen fanatiek te bekeren tot de katholieke versie van de waarheid.

Toch beseft hij dat de muren met prikkeldraad beter neer kunnen. Tot die tijd blijft hij vertellen over oorlog en vrede, vanuit zijn taxi. Hij kladt zijn initialen op het steen met een reden. Hij hoopt dat ze vallen. Op net zo'n blijde dag als in Duitsland, in '89. Hij hoopt dat hij dan geschiedenis schrijft, omdat zijn initialen op het journaal te zien zijn, op zo'n restje muur dat op de grond zwerft.

Vroeg of laat dat geloof ik
valt de oorlog moe gestreden in de armen van de vrede
en slaapt, voor zolang het duurt
en slaapt, voor zolang het duurt

- Stef Bos, Belfast




Geen opmerkingen:

Een reactie posten